Terugblikken en vooruitkijken: daar hadden we het over tijdens een meeting met een aantal Libelle-collega’s. Traditiegetrouw brengt Libelle elk jaar in december een artikel waarin redactrices vertellen wat voor elk van hen het hoogtepunt van het afgelopen jaar geweest is. Een pakkend interview, een bijzondere ontmoeting, een beklijvend artikel, een actie om trots op te zijn… “Voor mij was het menopauze-event dat we eind september georganiseerd hebben écht een hoogtepunt,“ zei Els, chef gezondheid bij Libelle. “Echt straf dat we dit hebben gerealiseerd.”

Flash-back naar een jaar geleden, toen we voor het eerst met Anne-Sophie van Theramex rond de tafel zaten en een gesprek hadden over de gezondheid van vrouwen in het algemeen en de (peri) menopauze in het bijzonder. Over hoe vrouwen soms jarenlang blijven afzien, omdat ze niet weten dat hun klachten aan deze levensfase gelinkt zijn. Over hoe kwalen die opeens de kop opsteken vaak geminimaliseerd of verkeerd behandeld worden. Over hoe vrouwen met gezondheidsproblemen bijwijlen van het kastje naar de muur gestuurd worden. Over hoeveel onwetendheid er eigenlijk nog is rond dit topic, en of we daar misschien samen onze schouders onder konden zetten?

Die vraag viel niet in dovenmansoren bij de redactie van Libelle. Vrouwengezondheid staat sowieso hoog op de agenda van het grootste vrouwenblad van dit land, en er werd beslist om het onderwerp structureel onder de aandacht te brengen. De bedoeling van dit partnership? Awareness creëren rond de (peri)menopauze, het taboe doorbreken en een community bouwen waar vrouwen correcte informatie kunnen vinden en ervaringen delen. Het startschot was een grote, representatieve enquête bij Belgische vrouwen, waarin de nodige insights verzameld werden. Daarna volgden interviews met gynaecologen en experts, persoonlijke getuigenissen, openhartige verhalen van BV’s (zoals Gwendolyn Rutten, Sabine Hagedoren en Tine Embrechts) maar ook gezonde recepten tegen de menopauze-kilo’s, grappige columns, een boeiend e-zine en nog veel meer. Content die gelezen, gesmaakt, gedeeld en geliket werd op onze verschillende kanalen.

En dat was nog maar een voorproefje! Op 29 september zakten maar liefst 500 vrouwen af naar Mechelen voor het event ‘Samen door de menopauze’. Een boeiende dag met informatieve sessies van professor Depypere, voedingsdeskundige Sandra Bekkari en menopauzeconsulente Leen Steyaert, nuttig stylingadvies van het Belgische modemerk Mayerline en stand-up comedian An Nelissen als knallende afsluiter. Maar er gebeurde ter plaatse ook iets heel bijzonders. Er hing een heel warme, speciale ‘vibe’ en er ontstond spontaan een soort ‘sisterhood’ tussen de aanwezigen. Vrouwen die mekaar nog nooit eerder gezien hadden raakten aan de praat, wisselden ervaringen en telefoonnummers uit en beloofden om mekaar nog eens terug te zien. Een staaltje pure Libelle magie!

Does it matter? Dat is altijd de vraag die ik me stel als je naar mijn professionele hoogtepunt van het jaar vraagt. En ja, ook voor mij was dit zo zinvolle en impactvolle project de absolute topper. Het gevoel dat we een steentje verlegd hebben, dat we vrouwen écht hebben geholpen, dat we de menopauze bespreekbaar gemaakt hebben was alle efforts méér dan waard. En het mooie is: we hebben het samen gedaan. Samen met de redactie, de marketing, de event cel, Brand Studio, onze partner Theramex. Maar vooral… samen met de Libelle commmunity!

Als er een tijd is dat we fouten mogen maken, is het nu wel.” Het was onze hoofdredacteur Karen die deze verrassende zin vorige kerst uitsprak.

Aanleiding was de nieuwe crossmediale werking die dit jaar op de redactie uitgerold zou worden. Het medialandschap verandert in sneltempo. Met een smartphone op zak kan iedereen zich op elk moment laven aan een stroom van verhalen en beelden. Ook wij als redactie moeten daarop anticiperen. In een notendop: waar we onze verhalen vroeger bundelden in een magazine, komen we nu ook via de website, app, mailbox, Instagram, Facebook en Google bij onze lezers binnen.

Dat was natuurlijk al langer het geval, maar nu worden de muren tussen print en online definitief afgebroken. We worden als journalist uitgenodigd om van stukken die in print verschijnen ook een webartikel en post op sociale media te maken. Sterker nog, we denken op de planning al omgekeerd: is de content online relevant? Zo niet, heeft ze amper nog bestaansrecht.

Dus worstelde ik dit jaar met Canva om zelf headerbeelden te maken bij de online artikels, met Yoast om ervoor te zorgen dat lezers het stuk makkelijk zouden vinden in Google, en knoeide ik me een weg door Capcut om video’s te monteren. Waarbij ik de ene keer het logo van Capcut er vergat af te snijden, en de andere keer per ongeluk het oorspronkelijke geluid onder de video liet staan. Karen’s woorden bleken al snel profetisch. Fouten werden bij de vleet gemaakt.

Gelukkig stond er altijd een leger aan collega’s klaar. Hoe vaak heb ik de afgelopen maanden met een vraag aan het bureau van collega Thijs gestaan? Hij werkte bij wat vroeger het online team was, en kent alle digitale programma’s als z’n broekzak. Ook is hij gezegend met een zeldzaam soort engelengeduld. En hij is lang niet de enige. Misschien is dat onverwacht wel het mooiste neveneffect van deze periode uit onze comfortzone: het weten dat er een stevig netwerk is om op terug te vallen.

Ook het idee dat fouten maken niet erg is, hou ik graag vast. Want hoeveel hebben we het afgelopen jaar geleerd door het gewoon te dóén? Op dat vlak hebben we in dit digitale tijdperk alvast een streepje voor. Anders dan een magazine waarbij iets voor de eeuwigheid zwart op wit gedrukt staat, kan online elk foutje met een paar eenvoudige klikken op de muisknop worden aangepast.

Het is al november. We zijn bijna begonnen aan de eindsprint richting het nieuwe jaar, maar eigenlijk blik ik graag eerst eens terug naar de zomer, vooral dan naar augustus.

Met enkele collega’s kreeg ik de kans om een fotoshoot te doen voor Libelle. Alles zou in het teken staan van denim. In het begin was ik niet volledig overtuigd om er aan deel te nemen, want poseren voor een foto, dat is echt niet mijn ding.

Langs de andere kant was het wel een unieke kans, dus de dag zelf begon ik er vol enthousiasme aan. Kleren passen, make-up laten aanbrengen, maar ook vooral niet te veel bewegen, want anders zouden de kleren kreuken. De locatie van de shoot was voor mij tussen de papierrollen in de drukkerij. Er eens voor staan, er eens op zitten, tot de rol de neiging had om vanzelf weg te rollen. De ene lach was dus al spontaner dan de andere.

In oktober mochten we dan eindelijk het resultaat zien. Het was echt een geslaagde fotoreeks van alle collega’s! De meest gehoorde reactie van familie en vrienden was toch wel om eens mijn krullend haar meer los te laten en minder in een staart te dragen. Maar ik daag hen uit om eens een hele dag een dikke schapenvacht in je nek te dragen…😉

Ondertussen zijn we ook al meer dan twee maanden ver in een nieuw schooljaar. Opnieuw een jaar vol uitdagingen, want ook de jongste telg van het gezin maakt kennis met de wonderbaarlijke wereld van lezen en schrijven.

Het zal leuk zijn om binnen enkele jaren de kindjes mijn eigen boeken te zien lezen. Hopelijk zijn er tegen dan nog enkele nieuwe titels bijgekomen.

Op school lijkt alles wel als een sneltrein te gaan. Iedere week leren ze nieuwe letters, nieuwe rekenoefeningen, maar ook het dagelijkse leven wordt onder de loep genomen. En om het met de woorden van de jongste te zeggen, hij komt iedere dag een beetje slimmer terug naar huis.

Regenachtige dagen, vallende bladeren en kale bomen, het doet ons eraan herinneren dat het al herfst is.

Al hoeven die donkere dagen niet altijd somber te zijn. Het kan ook gewoon supergezellig zijn. Want zeggen ze niet dat de gezelligste periode van het jaar er aankomt?

Wie durft zijn kerstboom al te zetten om nog wat extra gezelligheid te creëren? Wij wachten alvast eerst nog geduldig op de komst van de Sint, want thuis zijn er nog 2 bengels die steevast geloven in de goedheiligman. Hopelijk zijn ze braaf genoeg geweest…

Terwijl de herfst de zomer tot kijk kust en verkoudheden zich op hetzelfde tempo verspreiden als wederzijdse haat in meerdere contreien, zijn de boombladeren bijna klaar om zich aan de aarde te schenken. Onder het toeziend oog van de hemellichamen blijven seizoenen zich schijnbaar eindeloos afwisselen. Met een nachtelijke blik op het licht van een ster die misschien al lang gedoofd is of de dauwdruppels in de ochtendzon op mijn huid voelend, durf ik me al eens af te vragen hoe lang de boel op die manier zal blijven draaien.

Ondertussen probeert elke aardling op zijn morzel grond te oogsten wat hij eerder zaaide of iets te planten voor de honger die komt, zowel fysiek als mentaal. Het script lijkt zelden af te wijken van dat spel tussen bergen, valleien en dalen. Met andere acteurs en een variatie aan rollen, tussen makkelijk maskeren en hoopvol hunkeren naar authenticiteit. In een week waarbij de natuur mijn perceptie tig signalen van vroegerige dierbaren gunt, het toeval voor ontmoetingen met oude kennissen of plaatsen zorgt en de geschiedenis zich op andere vlakken probeert te herhalen, maakt melancholie zich al eens makkelijker meester van mijn gevoelige ziel.

Melancholie mag. Het is geen gif voor geluk. En het gemoed mag wel eens vollopen. Zolang de moed het haalt en je lachkuiltjes het gelag niet betalen. Misschien is de herfst met een knipoog naar de zomer laten binnenkomen wel de beste manier om het besef te voelen dat de lente alweer snel op de rug van winter tikt. Op de naakte takken die na de nakende snoeibeurt een prachtige landingsbaan voor dauwdruppels vormen, ontluikt het nieuwe groen over een paar maanden. Snoeien om te bloeien.

En de schrijver? Die schrijft. De gedichtenbundel krijgt verder vorm. En terwijl die vorm zichzelf aanneemt, komt er af en toe een sprokkel bij. Want inspiratie is als de sapstroom van bomen. Soms in ruststand en dan weer niet te houden om letters zielenzalf uit de tube van mijn gedachten te tokkelen. Zal ik er eentje delen? Ja, waarom niet.

Eigendurf

maak verschil
voor anderen
door jezelf te blijven

niemand
kan dat beter
dan jij

tenzij spiegel
verlamt

wegleidt
van authenticiteit

schijn verschijnt
zijn verdwijnt

ik
ont-ikt

heradem

van zelfangst
naar eigendurf

Met een glimlach op mijn gezicht schrijf ik de volgende woorden: ondertussen ben ik al één jaar onderdeel van het Young Mediaholic Program, wat betekent dat ik ondertussen exact één jaar werk bij Roularta Media Group. Een jaar waarin ik meer heb geleerd dan tijdens mijn vijf jaar studeren.

 

Toen ik begon met het zoeken naar mijn eerste job, had ik een duidelijk beeld van wat ik wilde: een job met veel variatie, een warme werkomgeving, en bovenal een plek waar ik mezelf voortdurend kon uitdagen en verder ontwikkelen. En bij Roularta Media Group vond ik precies dat. Het afgelopen jaar heb ik geroteerd binnen drie afdelingen in het bedrijf, waarbij ik werkte op verschillende van onze vestigingen, waaronder in Roeselare, Evere en Sint-Denijs-Westrem.

 

Mijn avontuur bij Roularta begon bij Roularta Digital, waar men zich op dagelijkse basis bezighoudt met het beheren en optimaliseren van zoek-, display- en andere campagnes voor KMO’s. Hier was ik verantwoordelijk voor o.a. enkele leadcampagnes, waarbij het doel was om in contact te komen met potentiële klanten om van hen effectieve klanten te maken. Ook hielp ik onze Accountmanager, Joppe, bij het maken van presentaties voor klanten van Roularta Digital. Hierbij kreeg ik de kans om zowel analytisch als strategisch na te denken over de resultaten van klantencampagnes, om dit achteraf te transleren in werkpunten en mogelijke opportuniteiten voor de klant. Tenslotte ondersteunde ik mijn collega’s bij het creëren en optimaliseren van hun campagnes.

 

Mijn tweede grote avontuur bij Roularta speelde zich af op BeNe-niveau, wat betekent dat ik terecht kwam in een team van Belgische en Nederlandse collega’s die op overkoepelend niveau werken. Hier kreeg ik de verantwoordelijkheid om te werken aan én groot project, voor twee van onze grootste merken, namelijk Knack en Libelle. Ik heb in mijn vorige blogs al veel geschreven over dit project en alles dat ik eruit geleerd heb, waardoor ik er in deze blog niet veel verder op in ga gaan. Kort samengevat kwam mijn project erop neer om abonnees, die hun abonnement niet verlengen of zelfs hun abonnement opzeggen, via diverse kanalen te benaderen in de hoop hen te laten heroverwegen. Meer informatie over dit project en mijn tijd bij dit fijne team kunnen jullie terugvinden in mijn vorige paar blogs. 😉

 

Ondertussen is het laatste deel van het Young Mediaholic Program ook afgelopen voor mij, wat plaatsvond bij het CRM-team (Customer Relationship Marketing) onder leiding van Kevin en Annelies. Bij CRM ligt onze focus op ‘The Right Message, to the Right Person, in the Right Channel, at the Right Time’ en heb ik me beziggehouden met enkele grote projecten, waaronder het opstarten van een ticket-systeem voor mezelf en mijn collega’s om een beter overzicht te hebben op ons werk en de nakende deadlines. Een project dat goed gelukt is, al zeg ik het zelf 😉. Een ander groot project waar ik aan werkte, was het evalueren en optimaliseren van de onboardingflows voor enkele van onze merken. Ik heb de huidige resultaten geëvalueerd, pijnpunten gevonden en met Brand Managers samengezeten om deze flows per merk te verbeteren. Er zijn nog enkele projecten waar ik aan gewerkt heb tijdens mijn vier maanden bij CRM, maar deze zijn nog een work in progress dus hier vertel ik later meer over.

En nu, the moment you’ve all been waiting for 😀, deel ik met plezier mee bij welk team ik mijn carrière bij Roularta de komende maanden verderzet. Het was niet gemakkelijk voor mij om deze keuze te maken, omdat ik zoveel leerrijke projecten heb gehad en met zoveel interessante collega’s heb mogen samenwerken het afgelopen jaar. Maar na lang delibereren, heb ik besloten om te blijven bij het CRM-team. Ik heb mijn keuze gemaakt op basis van verscheidene motivaties, maar één van de meest overtuigende motivaties is het feit dat CRM momenteel een klein team is (bestaande uit 3 personen, mezelf meegerekend) dat sinds kort is beginnen werken met een nieuw programma, waardoor er nog veel projecten opgestart worden de komende maanden en er veel opportuniteiten zijn voor mij om uit te leren. Ook mijn directe collega’s, Kevin en Annelies, hebben een grote rol gespeeld in mijn keuze voor de komende paar maanden. Ze betrekken mij in hun meetings en projecten, nemen de tijd om uitgebreid te antwoorden op mijn vragen, zorgen er actief voor dat ik continue bij leer en geven me al sinds dag één het gevoel alsof ik deel uitmaak van hun team. Dank jullie wel voor alles, ik kijk alvast uit naar de komende maanden! 😊

Ik sluit deze blog graag af met een shout-out naar iedereen dat een deel is geweest van mijn tijd bij Roularta tot nu toe. Jullie hebben mij, stuk voor stuk, welkom geheten in jullie teams, mij opgeleid, samen met mij gegeten op de middag en mijn tijd bij Roularta écht memorabel gemaakt. In het bijzonder zou ik graag nog even Veerle Hofman bedanken. Zij heeft mij exceptioneel goed begeleid het afgelopen jaar gedurende het Young Mediaholic Program. Ze heeft me helpen groeien, mij opgeleid, mij ondersteund wanneer ik het nodig had (zelfs op momenten dat ik niet doorhad dat ik haar advies nodig had) en was telkens maar een telefoontje verwijderd van mijn zijde. Dank je wel, Veerle.

Onlangs kreeg ik een complimentje van een klant. Zomaar. Via LinkedIn, na het afronden van een toch wel pittige opdracht. Dat spontane schouderklopje deed me echt ontzettend veel plezier. Appreciatie krijgen, besefte ik nog maar eens, is eigenlijk een van de belangrijkste motivatoren op de werkvloer. Ongeacht hoe lang je al aan de slag bent.

Waardering voor je werk dus, en die kan uit verschillende hoeken komen. In de eerste plaats van je leidinggevende: zo hartverwarmend als die het niet zomaar vanzelfsprekend vindt dat de dingen goed lopen, maar daar ook regelmatig zijn of haar appreciatie voor uitspreekt. Van je teamgenoten, die beter dan wie ook begrijpen welke inspanningen soms nodig zijn om een project tot een goed einde te brengen en dat met die spreekwoordelijke ‘pat on the back’ duidelijk maken. Van collega’s buiten je team, die tijdens overlegmomenten of gezamenlijke projecten laten blijken dat je met je enthousiasme een gewaardeerd lid bent van onze grote familie. Maar ook van je klanten, die je inzet en commitment appreciëren en blij zijn met behaalde resultaten. Zoals die marketeer op LinkedIn, dus…

Helemaal geweldig wordt het als je nationaal én internationaal erkenning krijgt voor je werk en in de prijzen valt. Wat dat betreft, werden we de afgelopen maanden behoorlijk verwend.  Op de prestigieuze Annual Masters of Media Awards (aka de AMMA’s) won Roularta Advertising maar liefst twee zilveren awards. Voor het tweede jaar op rij zilver in de categorie Media Sustainability, waarmee onze gezamenlijke inspanningen rond duurzaamheid de weerklank krijgen die ze verdienen. En voor de eerste keer ook zilver in de categorie Media Saleshouse of the Year, dankzij onze salesstrategie waarin het motto ‘We make it personal’ centraal staat. “Een mooie bekroning voor de inzet van alle collega’s”, vatte onze general manager Philippe Belpaire het perfect samen.

Branded content is in 2024 ook een speerpunt voor Roularta Advertising. Kort samengevat is dat contentcreatie waarbij we de kracht en het DNA van onze mediamerken koppelen aan die van onze adverteerders. Om dit nog eens extra in de verf te zetten, organiseerden we het inspirerende ‘It’s a branded new day’-event, dat niet alleen druk werd bijgewoond door adverteerders en agencies. maar ook hoog scoorde op de waarderingsschaal. En daar waren we bij Roularta Brand Studio heel  blij mee!

Cherry on the cake waren tenslotte de twee internationale Native Advertising Awards, die we op 12/6 in Kopenhagen in ontvangst mochten nemen. Goud voor ‘Best use of Instagram’ met ‘Word een sportlover in 12 weken met Romy Curvy’, een straf concept dat we uitrolden op de social media kanalen van Flair. En zilver in de categorie ‘Best use of print’ met het magazine Cleo dat we in opdracht van Lantis maken. Een award winnen met een toegankelijk magazine rond de lastige Oosterweel wegenwerken in en rond Antwerpen, daar mogen we trots op zijn!

Bottom line: het is altijd supermotiverend om je gewaardeerd te voelen! Uit welke – soms onverwachte – hoek dat die ook komt. Maar waardering is nooit vanzelfsprekend. Door de drukte en het harde werk verliezen we het geven van een welgemeend compliment te vaak uit het oog. Daarom een warme oproep aan elk van ons:  wacht niet tot complimentendag, maar geef elkaar (nog) vaker een boost in de vorm van een spontaan schouderklopje!

Ik zit na een drukke werkdag op de trein naar huis. In mijn rugzak zit naast een lege brooddoos en een laptop met lege accu, een Libelle vol paasstickers. Ik lees Karens edito, en het verhaal van Anne Davis. Ondertussen heb ik voorpret bij het idee dat ik de stickers met konijntjes straks aan mijn vijfjarige zoon kan geven. Bij kerst vroeg hij na weken thuiskomen met kerstkaartjes, -stickers en een raamstift of er misschien een kerstwinkeltje op mijn werk was. Urenlang was hij ermee in de weer. Hij knutselde er een kerststalletje van, vrolijkte cadeautjes op, en versierde het raam. Ook deze keer glundert hij. “Stickers!” Roept hij als een kwispelend hondje.

Ik herken het van mama. Libelle is ook voor haar zoveel meer dan gewoon een boekje om te lezen. Ze scheurt alle blaadjes met puzzels voorzichtig uit. Voor papa de sudoku’s, de raadseltjes met zoekspelletjes voor haar kleinkinderen. Wanneer ze hen geconcentreerd boven het blad ziet hangen, weet ik dat ze blij is. Oude boekjes worden steevast gerecycleerd. Covers van Nest met schattige puppies of lieve eekhoorntjes veranderen in zelfgemaakte kaartjes. Plaatjes die resoneren met de jarige in kwestie worden uitgeknipt en toveren een saaie doos in geen tijd om tot een prachtig cadeau. Lekkere recepten? Die worden zonder twijfel uitgeprobeerd. Zoals vorige vakantie, toen zelf donuts maken een heus project werd. Ze haalde alle ingrediënten in huis, en kneedde samen met haar kleinzoon het deeg. Ze lieten het deeg rustig rijzen onder een handdoek, en gingen af en toe piepen of het al omhoog was gekomen. De dag nadien vormden ze zorgvuldig de gebakjes, en bakten ze alsof het om hun kostbaarste bezit ging. Om ze een paar uur later, als ze afgekoeld waren, te versieren met glazuur in vrolijke kleurtjes. Iedereen die op bezoek kwam, mocht meegenieten. Ik kreeg zelfs een doos mee die thuis de heerlijkste geur verspreidde.

Ik blijf dat wonderlijk vinden: hoe op de redactie een idee kan transformeren naar woorden met mooie plaatjes, en dat lezers er op hun beurt iets van maken dat je kan ruiken en proeven. En dat dan weer doorgeven, zodat iemands anders huis er zelfs lekker van gaat ruiken. Dat is wat Libelle zo bijzonder maakt. Het is een cadeautje voor jezelf, maar tegelijk ook voor iedereen om je heen. Als ik thuiskom met nieuwe stickers, weet ik oprecht niet wie er het meest blij is: de zoon omdat hij straks kan gaan plakken, of ik om de fonkelingen in zijn ogen.

Het lijkt alsof de schoolbel nog maar voor de laatste schooldag heeft gebeld, maar toch is het ondertussen al bijna een maand geleden dat dit gebeurde! Reikhalzend hadden de kindjes uitgekeken naar de grote vakantie, want zo’n schooljaar vraagt eigenlijk wel veel energie van hen. De oudste heeft zijn eerste leerjaar glansrijk doorstaan en nu is ook onze jongste op weg naar dat eerste leerjaar. Spannend allemaal! Maar voor we hier al aan denken, volgt eerst nog iets veel belangrijkers, namelijk heel veel ontspanning!

De reis naar Rhodos zit er ook al weer op. Een heel mooi eiland, maar over het hotel zullen we maar zwijgen. Eenmaal terug op de werkvloer, is het altijd een beetje een verrassing wie er wel of niet aanwezig zal zijn. Er is altijd wel iemand aan het genieten van zijn verlof of iemand die net terugkeert. De vakantieverhalen doen je watertanden naar de zon, want laat ons eerlijk zijn, een echt prachtige zomer kan je het niet noemen. Het is alsof de vier seizoenen allemaal in een maand de revue passeren.

Sinds het schrijven van mijn vorige blog, zijn we ook veranderd van locatie binnen het grote Roularta-gebouw. Een nieuwe stek, wat even wennen was, maar is dat niet altijd met veranderingen? Nu zijn we al enkele maanden verder en het is alsof we nooit ergens anders gezeten hebben. Ik heb ook al mogen kennismaken met het nieuwe systeem waarin we offertes zullen moeten maken. Helemaal anders dan wat we gewoon zijn en ook heel wat zoeken naar hoe het allemaal juist in elkaar zit. Maar ook hier zal dit wel op den duur een gewoonte worden.

Eerst nog wat genieten van die vakantiemaanden en laat ons duimen voor een zomer die wat langer duurt dan een paar dagen!

De één gaat met vakantie om in alle rust te onthaasten, de ander wil liever zo avontuurlijk mogelijk versnellen. Er even tussenuit. Of helemaal tussenin. Het is maar met welke persoonlijke perceptie je ernaar kijkt. Momentjes maken. Herinneringen herbergen. En verankeren in je hoofd en hart voor later. Met behulp van beelden die je schiet om naar terug te voelen. Te herbeleven in zoveel mogelijk dimensies. Wat was op je netvlies laten landen zodat het even terug is. Als warm nest voor een goed gevoel.

Net als de voorbije jaren stond ik tijdens de vakantie af en toe stil bij wat toevallig mijn pad kruiste en mijn zintuigen voldoende prikkelde om het op de slimme telefoon vast te leggen.


Een pleintje met de naam ‘Montpensier’ zou niet slecht zijn voor een kunstwerk als vrije inspiratie op De Denker van Rodin. Het beeld van een gedachteberg komt in me op, die steeds hoger en steiler wordt wanneer er niet regelmatig een laagje afgeschraapt wordt. Of die bij een te lange winter in je hoofd een veegbeurt verdient om een gedachtelawine die je lijf en leden ondersneeuwt te vermijden. Wacht niet tot aan je volgende verlof om je batterijen op te laden. Met de energiebron in je auto of smartphone stel je dat ook niet uit tot die diep in het rood gaat. Die schijnt dan trouwens langer mee te gaan.

 

 


Voor iemand die zichzelf ooit een levend vraagteken noemde, is dit een plek waar ik vaak had kunnen vertoeven. ‘Au point d’interrogation – Là où chaque question trouve sa réponse.’ Stel je voor: een gebouw waar je even binnenwandelt voor een antwoord op welke vraag dan ook. Het is uiteraard een utopie. En misschien maar goed ook. Zo’n beetje wat de Nederlandse zangeres Ilse DeLange rond de zoektocht naar innerlijke rust beschrijft in ‘All the Answers’, dat akoestisch tot diep in je  vezels snijdt: “I may not have all the answers, no, wouldn’t have it any other way.” Een wat mildere interpretatie van Socrates’ “Ik weet dat ik niets weet”? Food for thought…

 

Elles sont méchantes”, vertelde de ober. Die ging voor deze aardige gevleugelde dan toch kort door de bocht. Hij of zij bleef geduldig in onze buurt zitten voor wat restjes van de fruits de mer. Even drinken in de binnenhaven naast ons tafeltje en terug komen aanfladderen. Met een zachtere blik in de ogen dan je meestal bij meeuwen ziet. Kunnen meeuwen mindful of hoogsensitief zijn? Wie me al langer kent, weet dat ik iets met meeuwen heb. Lees het blogstukje Be! als je daar wat in wil rondzweven. Dezelfde avond nog zagen we in de stillere straatjes een andere, agressievere vliegenier. Die schobbejak zat aan de vuilzakken. Het gedrag van de ene verpest wel eens de perceptie over een ander.

 

Terwijl de wereld in meerdere continenten brandt, rolt deze cartoon in de charmante B&B mijn netvlies binnen. Een duiveltje en een engeltje in hun speeltuin, op de wip van onze wereldbol. Ze balanceren tussen goed en kwaad om elk hun hemel te verdienen en de vijand het hellevuur in te jagen. Over wat goed dan wel kwaad is, zijn de meningen verdeeld. Bovenhand en onderspit op de schop waarmee de doden langs alle kanten begraven worden.

 

 

Nog eentje voor wat de één als waarheid bestempelt en de ander als fabeltje wegzet. Evolutie in één beeld. Wie ben ik? Wie ben jij? We lijken zowel boven- als onderhuids veel op elkaar en zijn dan ook weer verschillend. De aap in de mens en de mens in de aap hebben me altijd al gefascineerd. “Een aap in een pak blijft een aap”, hoorde ik ooit. Wat dan weer een pleidooi is voor authenticiteit, onafhankelijk van de jas of das die je draagt. Ook op de werkvloer en rond leiderschap. Mijn favoriete oneliner van het jaar: “Wie ik ben, is wat je ziet.”

 

 

Vroeger zou ik onze jongens wijsgemaakt hebben dat je hier de trein naar Groot-Brittannië kan nemen. Het zou in ieder geval voor veel ongeloof op hun gezichtjes gezorgd hebben. In de soms wat tunnelerige visie op zoek naar jezelf is het een uitnodiging om in je ik te duiken en er iets mee te doen wanneer je terug op het droge bent. Het nummer ‘Runaway Train’ van Soul Asylum komt in me op “Runaway train never going back. Wrong way on a one way track. Seems like I should be getting somewhere. Somehow I’m neither here nore there.” In de moeilijke periode slingerde ik wel eens met dat gevoel in en buiten mezelf. Die onderdompeling in en de zoektocht naar wie je bent en wat je wil zijn geen éénrichtingsverkeer. Want je kan niet van jezelf blijven weglopen. Vertrouw je thuisstation en land.

 

 

Toegang verboden. Lachen toegelaten. Wanneer polarisering en negativisme weelderig tieren, valt iets leuks in het kwadraat op. In de bedrijfswereld bestaat de zogenaamde sandwichstrategie, waarbij een slechte boodschap voorafgegaan en gevolgd wordt door positieve berichten om de pil te verzachten. Dit bord kan tegenvallen als het je pad kruist en toch hoeft het je glimlach niet weg te nemen. Zo kom je misschien onverwacht langs iets moois. Relativeren en mildheid zijn hoofdingrediënten van het deeg waarmee je gelukkoekjes bakt. En een glimlach kost niks.

 

Deze mocht ik uiteraard niet laten liggen. Een bast in de houten vloer. Er lijkt een touwtje aan te hangen. Neem het mee tussen deze en je volgende vakantie, als herinnering om ook tussendoor een ballonnetje met goed gevoel op te laten en jezelf met goed gevoel op te laden. Klaar om te verspreiden over alle continenten heen. De wereld kan het gebruiken. Trouwens: de collectie hartjesstenen is weer wat aangevuld. Blijvende herinneringen aan mooie momentjes.

 

      

Voor de liefhebbers van letters: Een paar opvallende namen van winkels of uithangborden op een rij:
Au.Pas.Sage – Goed schoeisel is belangrijk om te stappen. Een wijze raad.
L’Essence Ciel – Hemelse brandstof als essentie
Librairie Comment Dire – Praten is moeilijk, schrijven gaat beter
Show’Colat – Lekkers om van weg te smelten
J’en Crêpe d’Envie – Een pannenkoekje uit het juiste deeg om niet te verhongeren
Carpe Diem – Pluk de momentjes, niet enkel tijdens je vakantie

Mijn brein deed het weer: een aantal (toevallige) punten zonder artificiële intelligentie aan elkaar linken voor een stevige portie gepeins rond het bijzondere in het alledaagse. Deze keer waren de prikjes gespreid over een dag of drie.

Het begon tijdens een rit naar kantoor. ‘One Day’ van Asaf Avidan weerklinkt uit de speakers. Volumeknop wat hoger en meezingen, mezelf niet storend aan wie zich misschien vermaakt aan hoe dat er vanuit zijn of haar perceptie moet uitzien. ‘One day baby we’ll be old and think of all the stories that we could have told’. Het was ooit de inspiratie voor mijn carpe diem gedicht ‘Op dagen oud en grijs’, dat een plekje kreeg in Wake-up Call en ook met stip genoteerd staat voor de bundel die in de baarmoeder van mijn inspiratie richting levensvatbaarheid rijpt. Dat zorgde op zich weer voor gedachten rond waar rij je naartoe en wat ga je daar waarom doen. Altijd goed om af en toe in de spiegel van je verwachtingen te kijken en zowel dankbaar als kritisch te zijn voor wat op je weg komt of waar je halt houdt, met een grote bocht omheen fietst dan wel op volle snelheid doorheen klieft.

Dezelfde avond breng ik een laatste groet aan een vroegere buurvrouw. Herinner me sinds ik van haar vertrek hoorde hoe we destijds voor haar deur wachtten op de bus die ons met boekentassen vol dromen voor toen en later naar school bracht. Hoe ik nu volwassenen een troostende knuffel geef bij het verlies van hun moeder terwijl we vroeger als jonge snaken samen lachend op en rond de straten speelden: schipper mag ik overvaren, hinkelen, voetbal, verstoppertje, slibberen (ons mooie dialectwoord voor glijden) op een zelfgemaakte ijspiste in het midden van de straat, niet altijd tot tevredenheid van niet-snotapen. In een tijd waar babbelen nog voor chatten in het alfabet van interactie stond en GPT hoogstens aan één of andere giftige substantie deed denken. Kapotte knieën maar een gerust gemoed. Ver weg van vergrijzende zorgen, verzorgen van vergrijzenden, vaarwel aan voorgeslacht en verlies van eigen vlees.

‘Is dit nu later’ van Stef Bos komt in me op want zag het beeld van mijn eerste auto die twee scholen later voor onze ouderlijke woonst geparkeerd stond en waarin mijn Spotify van toen ook zijn rake teksten bevatte. De tijd terug- of doordraaien zoals bij die cassetjes, via de zware drukknop van de radio of met een stylo wanneer het bandje uitgerafeld vastraakte en je enkel kon hopen dat de schade zou meevallen. Dat later is nu. En nu is zoals het is. Het volgende later valt weer af te wachten. Of zoveel mogelijk zelf te maken.

Twee dagen later ga ik bij mijn moeder langs. Met een portie pasta. Denk aan hoe zij vroeger een zak vol eten meegaf wanneer ik op zondagavond naar mijn Antwerpse kot trok. Zie hoe een kraan het huis aan de overkant gehalveerd heeft. Blijkbaar gisteren gestart. Het was al een tijd geleden van eigenaar veranderd. Toch toevallig dat de gedeeltelijke afbraak en heropbouw gestart worden op de dag dat de eerste bewoonster naar haar laatste rustplaats geleid wordt. En hoe snel dat gaat. Praat met ma over hoe de eerste generatie van de straat stilaan uitdooft en de volgende generaties hun dromen uitbouwen. En zo zijn vroeger, nu en later eigenlijk altijd op dezelfde plaats.

Eén van de boeken die we voorgeschoteld kregen tijdens het eerste jaar op de unief zweeft mijn gedachten binnen: ‘Van oude mensen, de dingen die voorbijgaan’ (Louis Couperus), met onder andere de onherroepelijk voortschrijdende tijd en de angst voor de nakende ouderdom en de dood als thema’s. Dezelfde middag vullen we op vraag van ma samen de papieren voor een negatieve wilsverklaring en euthanasie bij een medisch onomkeerbare fysieke of mentale toestand in. Mijn moeder is nog prima bij de pinken. Ze weet wat ze wil. En wat ze niet wil. Vroeger. Nu. Later. Ook die laatste bocht wil ze liefst controleren. En couperen als het nodig is. Met een handtekening op een document als noodzakelijk wettelijk instrument. In de hoop dat het voor 20 jaar de kast in kan.

Drie dagen. Diepe gedachten. Dag dood. Leve het leven. Tot de cirkel rond is en eigenlijk oneindig wordt. Af en toe vierkant draaiend. Of met korte dan weer lange lijntjes als in een lang niet altijd rechthoekige driehoek waarvoor zelfs Pythagoras zijn neus zou ophalen. Wie onze formule uitvond, zal ze vermoedelijk nooit prijsgeven. En misschien maar goed ook. Wat ik van de wiskundige niet wist, is dat hij ook een School had. Zo lees ik online hoe de mens volgens hem zijn ware identiteit en de harmonie met de spirituele wereld heeft verloren en dat zijn leven daardoor onvolmaakt en vergankelijk is. Hoe het doel van zijn School was om de geest van de mens te bevrijden van de vele ketenen en banden die hem van jongs af vasthielden. Ik proef er zowaar een vleugje mindfulness in. Wetenschappen waren nooit mijn ding, die filosofische stelling gaat er bij mij in ieder geval net iets makkelijker in dan a2 + b2 = c2. In een volgend stukje giet ik het misschien wel in een formule voor Kleine Gelukjes. Alles suggesties welkom…